Heeft u vragen?
Neem contact op

Deze site wordt onder­houden door Arom - juridisch adviesbureau ruimtelijke ordening & milieu.

Arom
Oud Brandevoort 12
5706 NE Helmond

0492-792491
06-11494589

Overleg

Overleg met overheden (3.1.1 Bro)
Het overleg tussen de bestuurlijke instanties dient in een redelijke verhouding te staan tot de aard en omvang van het bestemmingsplan. Versnelling van besluitvormingsprocedures is één van de doelstellingen van de Wro. Bij de voorbereiding van de Wro en in het kader van het Project herijking VROM-regelgeving is door partijen uit de praktijk aangegeven dat het verplichte vooroverleg bij de voorbereiding van bestemmingsplannen één van de factoren is die vertraging kunnen veroorzaken in de bestemmingsplanprocedure. Het overleg dient dan ook beperkt te blijven tot die overheidsinstanties waarmee overleg werkelijk noodzakelijk is om te voorkomen dat de taak of verantwoordelijkheid van het andere overheidsorgaan ontoelaatbaar wordt beperkt, of dat het door dat orgaan te behartigen belang aantoonbaar wordt benadeeld. Indien het gaat om een bestemmingsplanherziening (niet: inpassingsplanherziening) van geringe omvang dan wel van in planologisch opzicht ondergeschikt belang, waarbij niet of in geringe mate herschikking van de betrokken belangen aan de orde is, kan het bestuursorgaan dat belast is met de aanpassing van het bestemmingsplan, afzien van het overleg.

Overleg vormvrij
Het voeren van overleg over een bestemmingsplan is vormvrij zo blijkt, onder meer, uit een uitspraak van de raad van state. 
 
2.4.1. Ingevolge artikel 3.1.1, eerste lid, van het Bro, voor zover thans van belang, pleegt het bestuursorgaan ...............Namens het Stadsgewest Haaglanden is een telefonische reactie ontvangen. Anders dan [appellant sub 3] en [appellant sub 4] betogen, volgt uit artikel 3.1.1, eerste lid, van het Bro niet dat bepaalde onderwerpen verplicht aan de orde moeten worden gesteld. Evenmin is hierin precies bepaald met welke bestuursorganen dan wel diensten overlegd moet worden. Blijkens de artikelsgewijze toelichting uit de nota van toelichting (nota van toelichting, blz. 54; Stb. 2008, 145) wordt aan de praktijk overgelaten hoe het overleg wordt gevoerd. Gelet op het vorenstaande bestaat geen aanleiding voor het oordeel dat het plan is vastgesteld in strijd met artikel 3.1.1, eerste lid, van het Bro.
Vindplaats: 200909488/1/R1

Reparatie m.b.t. artikel 19-WRO- procedures i.v.m. Wabo

Op korte termijn, na plaatsing in het Staatsblad, zal het Wetsvoorstel Crisis- en herstelwet en enkele andere wetten (parlementair nummer 32588) in werking treden. In het wetsvoorstel wordt een aantal zaken geregeld, waarvan de reparatie van het hiaat m.b.t. de gevoerde artikel 19 WRO-procedures een hele belangrijke is. In dit verband komt er een aanvulling van het overgangsrecht bij de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (artikel IV). Aan de Invoeringswet Wet algemene bepalingen omgevingsrecht worden twee artikelen (1.5a en 1.5b) toegevoegd. Het bekende hiaat ten aanzien van de zogenoemde separate planologische afwijkingsbesluiten wordt gerepareerd, ook wat betreft separate vrijstellingen krachtens artikel 19, eerste en tweede lid van de Wet op de Ruimtelijke ordening.

Kennisgeving 1.3.1 Bro
Met het oog op burgerparticipatie en maatschappelijk draagvlak voor een ruimtelijke ontwikkeling is artikel 1.3.1 in het Bro opgenomen. Op basis van dit artikel is het bestuursorgaan onder meer verplicht om in de publicatie aan te geven of stukken omtrent het voornemen ter inzage zullen worden gelegd en of de gelegenheid wordt geboden om zienswijzen naar voren te brengen. De Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State heeft in een uitspraak (ABRS 200901350/1/R3) aangegeven dat deze verplichting geen onderdeel uitmaakt van de bestemmingsplanprocedure. Dit is vanwege het feit dat de ingevolge de Wro de procedure inzake de vaststelling van het bestemmingsplan aanvangt met de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan. Het schenden van deze kennisgevingsverplichting in de voorfase heeft voor de rechtmatigheid van de bestemmingsplanprocedure en het bestemmingsplan dan ook geen gevolgen (ro. 2.3). 

Wabo
Op de voorbereiding van een omgevingsvergunning waarbij voor een activiteit wordt afgeweken van het bestemmingspalan (artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3° Wabo) is artikel 3.1.1 van het Besluit
ruimtelijke ordening (hierna: Bro) van overeenkomstige toepassing.

Overleg Rijk en Provincie

Overleg met rijk en/ of provincie is alleen noodzakelijk als er sprake is van een rijks- of provinciaal belang. Het ministerie hanteert daarbij een webformulier wat dient te worden ingevuld. Normaal gesproken wordt dan binnen 5 dagen inhoudelijk een reactie op het verzoek gegeven. 

Hierbij de link naar het formulier: http://www.ilent.nl/contact/vragenformulier.aspx Bij rubriek kiest men Ruimte. Bij Onderwerp kiest men (meestal) Anders

Toezenden gewijzigd vastgestelde plannen

Op grond van artikel 3.8, lid 4 Wro dient bij gewijzigde vaststelling tevens het raadsbesluit aan Gedeputeerde Staten en de rijksoverlegpartners (voorheen: inspecteur) toegezonden te worden. De verplichting tot het voeren van vooroverleg is opgenomen in artikel 3.8 lid 4 Wro.